In het boek Genesis staat de oude geschiedenis van de bouw van de toren van Babel. Terwijl de mensen probeerden op eigen kracht tot in de hemel te komen, konden zij elkaar ineens niet meer verstaan. Dit Bijbelverhaal bevat een wijze les. We zien het opnieuw gebeuren in de wereld om ons heen. Met de vooruitgang van wetenschap en techniek hebben we de macht gekregen om de natuurkrachten te beheersen en de elementen te manipuleren. Bidden tot God lijkt iets van het verleden, nutteloos, omdat wij zelf alles kunnen realiseren wat we willen. Maar wij merken niet dat we opnieuw een toren van Babel aan het bouwen zijn. We hebben de mogelijkheden tot communicatie en het verkrijgen en doorgeven van informatie verveelvoudigd. Maar kan men zeggen dat de bekwaamheid om elkaar te verstaan nu is toegenomen of begrijpen de mensen elkaar steeds minder?
Wat is er dan nodig voor werkelijke eensgezindheid? Eenheid kan er alleen komen door de gave van Gods Geest die ons een nieuw hart en een nieuwe taal zal geven, een nieuwe bekwaamheid tot communicatie. Dat is wat er met Pinksteren gebeurde. Die morgen, vijftig dagen na Pasen, blies een hevige wind over Jeruzalem en daalde de vlam van de Heilige Geest over de verzamelde leerlingen neer. Zij bleef boven elk van hen staan en ontstak in hen het goddelijk vuur, een liefdesvuur, dat in staat is om alles nieuw te maken.
De angst verdween, het hart voelde een nieuwe kracht, hun tongen kwamen los en zij begonnen in alle vrijmoedigheid te spreken, zodat iedereen de verkondiging van de gekruisigde en verrezen Jezus Christus kon verstaan. Waar verdeeldheid en vervreemding heersten, zijn met Pinksteren eenheid en begrip ontstaan.
Het verschil tussen Babel en Pinksteren wordt zo duidelijker. Waar mensen zichzelf tot god willen maken, kunnen zij slechts tegen elkaar opstaan. Maar waar zij zich plaatsen in de waarheid van de Heer, stellen zij zich open voor de werking van Zijn Geest, die hen ondersteunt en verenigt.
Pastor Harry Lommers,
plaatsvervangend pastoor.